Select another language


Europa 2014

31 maart 2014 - 7 april 2014

 

Heenreis: Bellingwolde (NL) - Breda (NL) - Bettingen (DE) - Stegen (DE) - Salzburg (A) - Villach (A) - Ljubljana (SLO) - Zagreb (HR) - Belgrado (SRB) - Skopje (MK) - Thessaloniki (GR) - grens met Turkije 

 

Afscheid 

Nog één gezellige dag met onze familie in Breda en dan is het toch echt tijd om te vertrekken. Na het allerlaatste afscheid haasten we ons naar onze eerste camping. Uiterlijk 9 uur hadden we afgesproken, maar nog voordat de eigenaardige eigenaresse ons begroet weet ze ons te melden, dat we te laat zijn. Ze heeft gelijk het is al een paar minuten over 9 en de camping, waar tot onze verrassing nog vier caravans staan, is al in diepe rust. Slechts een zwak lichtje her en der verraadt de aanwezigheid van onze medekampeerders. We rijden langzaam het terrein op, maar hoe omzichtig we ook doen, voordat Frankie op zijn plek staat hebben we de rust ruw verstoord. Het kan ons ook eigenlijk niet zo veel schelen. Een week lang afscheid nemen heeft ons vermoeid en nadat we ons nog even hebben opgewarmd duiken we direct ons bed in. Het is nog vroeg in het jaar en dat is merkbaar. Het is een koude nacht, maar we worden evengoed warm en uitgerust wakker. Klaar voor het avontuur. 

 

Tot ziens Nederland  

Onze eerste echte reisdag begint met een kleine uitdaging; waar laten we al het lekkers dat we hebben gekregen? De tassen met lekkernijen in het gangpad laten staan is geen optie in ons kleine campertje en dus beginnen we de vakken opnieuw in te delen. Het lijkt wel een spelletje Tetris voor gevorderden. Het is flink passen en maten, maar uiteindelijk lukt het. Een half uurtje later is alles opgeruimd en hebben de kaartjes een mooi plekje aan de muur gekregen. Niet veel later passeren we onze eerste landsgrens en laten we Nederland achter ons; op weg naar het onbekende. Voor hoe lang? Dat weten we nog niet. 

 

Een goed begin  
Het is al vijf uur 's middag en de thermometer geeft nog 24 graden aan. Stiekem hadden we gehoopt op mooi weer, maar dat de eerste dagen van onze reis zo mooi zouden zijn hadden we niet durven dromen. De drukte van de laatste weken heeft ons afgemat en nog voor het einde van de middag strijken we neer op een kleine boeren camping langs de Alpenstrasse in het zuiden van Duitsland. De omgeving is prachtig. De lucht is strak blauw en de warme voorjaarszon weerkaatst op de besneeuwde toppen van de bergen rondom ons. Op de camping zijn we samen met een andere camper de enige gasten en de vriendelijke eigenaresse komt al snel even langs voor een praatje. Ze is nieuwsgierig naar onze bestemming en verwonderd luistert ze naar onze plannen. Ze komen haar maar onwerkelijk over en die emotie delen we met haar, want hoewel onze reis nu echt is begonnen en de eerste 1000 kilometer een feit zijn, kunnen we het ons nog niet echt voorstellen, dat dit voorlopig ons leven zal zijn. We leven weer onze droom, maar het zal nog een tijdje duren voordat we dat ook zo zullen voelen. 

 

Welke route?  
Omdat we veel landen en plaatsen op het begin van onze route al eerder hebben bezocht zou Cappadocia, dat ongeveer in het midden van Turkije ligt, ons echte startpunt zijn. Tot daar, zo was ons plan, zouden we transit reizen maar het mooie weer brengt ons aan het twijfelen. We overwegen de route langs de Adriatische kust te nemen en de leuke camping ten zuiden van Zadar lokt. Tot de laatste afslag van de snelweg stellen we onze plannen bijna ieder uur bij, maar uiteindelijk besluiten we om, weliswaar met een klein ommetje via Griekenland, zo snel mogelijk door te reizen naar Cappadocia. Kamperen doen we tot Griekenland op campings of voor wat er voor door moet gaan. De meeste zijn nog gesloten en bij Zagreb is de camping een parkeerplaatsovernachting. Om te douchen krijgen we de sleutel van een kamer. Een kamer waar we liever ook niet meer doen dan douchen want het hotel is er nog eentje uit de koude oorlog zo lijkt wel. 

 

Where are you going? 

Met het passeren van de Sloveens-Kroatische grens krijgen we geleidelijk het gevoel verder van huis te raken. Hoewel de Euro nog steeds overal geaccepteerd wordt is het niet meer het officiële betaalmiddel, het schrift is voor ons niet meer leesbaar en aan de grens worden voor het eerst onze paspoorten gecontroleerd. "Where are you going?", vraagt een andere douanier ons een dagje later als hij bij de controle van onze paspoorten de nog ongebruikte visa ontdekt. "Mongolië" antwoordt Markus en op het gezicht van de douanier verschijnt een grijns die zowel bewondering als ongeloof weerspiegelt. De vraag wordt ons nu steeds vaker gesteld en de realiteit ervan begint steeds meer tot ons door te dringen.

 

De wereld verandert

Hoewel de veranderingen bijna ongemerkt binnen sluipen wordt het contrast tussen Nederland en de wereld om ons heen steeds groter. Zo zien we in het zuiden van Servië, langs de grens met Kosovo voor het eerst weer moskeeën waarvan de onmiskenbare spitse minaretten hoog boven de kleine dorpjes uit torenen. Een andere grote verandering is het straatbeeld, dat heel geleidelijk steeds armoediger is geworden. De meeste huizen op het platteland zijn nu kleine soms wat vervallen huisjes met allemaal een klein moestuintje en vaak nog wat dieren om het huis. Siertuinen zo valt ons op een dag op, komen hier niet meer voor. Ze zouden hier ook niet passen. Hier draait het niet meer om zien of gezien worden, maar om de functionaliteit. Veel luxe en rijkdom is er anderzijds ook, want naast de armoedige huisjes zien we ook grote villa's, luxe auto's en grote moderne tankstations of winkelcentra. Keerzijde van de armoede is, dat ook straathonden weer bij het straatbeeld horen. Vooral wanneer ze vaak hongerig maar vriendelijk op ons af komen kost het ons moeite de andere kant op te kijken. In Belgrado sluiten we vriendschap met twee van ze en als dank hebben we weer eens gratis bewaking. 

 

Macedonië

Een aantal jaren geleden zijn we, omdat we geen groene kaart meer hadden, bij de grens rechtsomkeert gegaan, maar deze keer komen we zonder problemen binnen. De controle verloopt snel en soepel en kost slechts enkele minuten. Zo op het oog verschilt het niet zoveel van Servië maar echt goed kunnen we daar niet over oordelen. Macedonië is maar een klein landje en wij nemen ook nog eens de snelste route. In totaal zo'n 160 km en 2,5 uur nadat we het land binnen kwamen rijden we er ook al weer uit. Een kort ritje maar van de transitroute door Europa wel de mooiste. De weg voert ons langs mooie kloven en over heuvels met prachtige vergezichten. Het voorjaar is hier duidelijk al wat verder gevorderd want bijna alle bossen en struiken zitten al vol in blad en de wereld is een overdaad van ontelbare kleuren groen.

 

Griekenland

Griekenland is al weer het laatste doorreisland onderweg naar Turkije. Aan de grens verwachten we geen oponthoud, want heel even zijn we terug in EU. We zijn dan ook verbaasd wanneer de douanier ons sommeert de auto aan de kant te zetten. Hoezo vrij verkeer van goederen? Gelaten wachten we af totdat de man naar buiten komt en dan verrast hij ons opnieuw. Hij heeft zich blijkbaar bedacht want nu mogen we ineens toch weer doorrijden; vreemd. Ondanks de crisis is Griekenland beduidend rijker dan Macedonië en dat is zichtbaar; het voelt direct weer een stuk Europeser. Naast het laaste Europese land van de doorreis te zijn is Griekenland ook het land van onze eerste bushcamp. Officieel is wildkamperen verboden, maar wanneer een paar vriendelijke mannen ons verzekeren, dat zeker tot Pasen iedereen een oogje dicht knijpt gaan we er voor. Net buiten een klein dorpje en direct aan zee vinden we een heerlijk plekje met een prachtig uitzicht. Er staat geen zuchtje wind en over het spiegelgladde water zien we vissersbootjes hun vangsten binnenhalen. Het leven kabbelt hier rustig voort en wij doen mee. We maken een praatje met een inwoner die ooit in Rotterdam heeft gewoond en zelfs nog een beetje Nederlands spreekt en na het avondeten maken we nog een kleine wandeling. En dan ineens, uitkijkend over zee, zien we een grote zwerm meeuwen opgewonden boven het water vliegen. Nieuwsgierig volgen turen we hun kant uit en dan zien we de eerste vinnen. We kunnen ons geluk niet op. Het is een grote school dolfijnen en ze zijn vlakbij. Op hooguit 20 meter van het strand komen ze boven en duiken ze weer onder; soms met wel 4 tegelijk. Het is een prachtig gezicht en we blijven ze volgen totdat ze weer verder de zee op trekken. Voldaan gaan we op bed en het wordt een heerlijke nacht. Er is voor de verandering geen straatverlichting, geen lawaai van verkeer en geen blaffende honden. Alleen het ritmisch geruis van de branding doorbreekt de stilte. De volgende dag rijden we het laatste stukje naar de grens en verlaten we Europa.